De Vrije Koloniën van Weldadigheid waren nederzettingen die werden opgericht in de 19e eeuw in Nederland en België met als doel armoede en werkloosheid te bestrijden. De koloniën waren bedoeld voor arme mensen uit de grote steden, die hier onderwijs, werk en huisvesting kregen. Het idee was dat deze mensen hier een nieuw leven konden opbouwen en zichzelf konden onderhouden door het verbouwen van landbouwproducten en het verrichten van handenarbeid. Meer dan 200 jaren later zijn er nog steeds veel herinneringen aan die tijd. Wij spoorden ze op in Drenthe.
Maatschappij van Weldadigheid
Na de Franse overheersing, oorlogen en blokkades, kende men in Nederland tijden van grote armoede en verpaupering. De Maatschappij van Weldadigheid werd in 1818 opgericht door de Nederlandse generaal Johannes van den Bosch met als doel om armen een nieuwe toekomst te bieden, door hen te vestigen in landbouwkoloniën op het platteland. Ze geloofden dat de armen en bedelaars door middel van hard werken en onderwijs konden worden opgeleid tot productieve burgers die zichzelf konden onderhouden. In totaal werden er zeven vrije koloniën opgericht, waarvan er vijf in Nederland lagen (Frederiksoord, Wilhelminaoord, Willemsoord, Boschoord en Ommerschans) en twee in België (Wortel en Merksplas).
Museum & Kolonie School
Wij starten onze fietstocht in Frederiksoord, nadat we eerst Museum De Proefkolonie hebben bezocht.
Hiervoor doorlopen we drie verschillende ruimtes met multimedia, films en een prachtig vormgegeven expositie door de tijd. Daarna hebben we een goede basis voor onze tocht door de
koloniën.
Vanuit Frederiksoord vertrekken we met Philip Freriks op onze oren richting Willemsoord. Onderweg vertelt Philip het verhaal over Anna Christina Wicart, één van zijn voorouders.
We bezoeken onderweg het Kolonie schooltje. Vanaf 1824 leerde de kinderen hier lezen, schrijven, rekenen. Maar men kon er ook religieuze studies volgen, evenals beroepsopleidingen in
landbouw, kleermakerij en schoenmakerij. Daarna fietsen we door naar Wilhelminaoord.
Geloof in de kolonies
In de beginjaren van de koloniën was er weinig religieuze activiteit, mede doordat de Maatschappij van Weldadigheid een seculiere instelling was en zich richtte op het verbeteren van de materiële
omstandigheden van de kolonisten. Een groot deel van de kolonisten was afkomstig uit de noordelijke provincies van Nederland en behoorde tot de Nederlandse Hervormde Kerk. Er waren echter ook
kolonisten met een ander geloof, zoals de Gereformeerde Kerk, de Rooms-Katholieke Kerk, de Evangelische Broedergemeente of het Jodendom.
Later werden er diverse kerkgebouwen in de koloniën gebouwd, waarin de verschillende geloofsgemeenschappen hun diensten konden houden. Een aantal zijn bewaard gebleven en doen nu dienst
als B&B, zoals dit prachtige
rode kerkje op de foto.
Tijdens onze picknick komen we de Kolonietram tegen. Deze rijdt eenzelfde soort route en vooral handig als je minder sportief aangelegd bent ;-).
Koloniehuisjes
De koloniehuisjes waren kleine arbeidershuisjes die werden gebouwd voor de kolonisten en hun gezinnen om in te wonen. Met ons gekocht ticket en bijbehorende code kunnen we zo'n huisje van binnen bekijken. De huisjes waren destijds sober maar functioneel ingericht. Het idee was dat de kolonisten zo zelfvoorzienend mogelijk konden zijn en dat ze zichzelf konden onderhouden met het werk dat ze verrichtten op het land en in de veeteelt.
Huis Westerbeek stond in schril contrast met de koloniehuisjes. Dit witte statige pand werd gebruikt als ontmoetingsplaats voor het bestuur van de Maatschappij van Weldadigheid en als verblijfplaats voor haar medewerkers. Tegenwoordig is Huis Westerbeek een beschermd monument en wordt het gebruikt als congrescentrum en evenementenruimte.
Tapperij
Na afloop van de 26 kilometer lange fietstocht ploffen we neer bij het rijksmonument Hotel
Frederiksoord.
In 1818 werd de toenmalige tapperij dat hier stond omgebouwd tot een logement met acht kamers, waar de gasten van de Maatschappij konden logeren. Na de verbouwing die in 1821 plaatsvond werd ook
de directeur van de Proefkolonie in het logement gehuisvest. Hij kon op deze manier toezicht houden op mogelijk drankmisbruik door de kolonisten.
Wij houden het bij één Bosch Weissbier en een portiebitterballen. Na een dag vol indrukken over toen en nu verlaten we het Weldadig Oord om huiswaarts te keren. Onderweg terug in de auto prijzen
we ons gelukkig dat de tijden zijn veranderd, alhoewel elke generatie zijn uitdagingen kent...
Proost,
Lidia